De drang naar verjonging bij de radiobazen in ons land heeft ertoe geleid dat de Nederlandse radio nog nooit zo kut is geweest als nu. Dat heeft Ruud de Wild gezegd in zijn podcast 30 Minuten Rauw. De Wild werd in 2015 aan de kant geschoven door Radio 538 om plaats te maken voor het jongere radioduo Coen Sander. Een misstap van de zender, want De Wild staat nu recht tegenover Coen Sander met zijn show op NPO Radio 2 en is de nummer één in alle doelgroepen.
Verjonging helpt de radio niet per se vooruit, aldus De Wild. “Radio is nog nooit zo kut geweest met jonge mensen. In Duitsland, Frankrijk en Engeland heb je pas wat te vertellen als je rond de 50 bent.”
De radiobazen hebben het volgens hem mis. “Ik vind het in Nederland echt schaamteloos dat één of twee mensen ineens bedacht hebben: oh, we moeten verjongen! Nou, het is er niet beter op geworden. En nu gaan ze allemaal oude mensen weer terughalen om het op te lappen.”
Je moet dingen geleidelijk doen, aldus De Wild. “Het is natuurlijk fantastisch wat er met Radio 2 is gebeurd, maar er klopt natuurlijk helemaal geen reet van. Dat ik met mijn 50ste de nummer één in alle doelgroepen ben. Daar klopt toch geen hol van?”
Hoe had het wél gemoeten? “Bij Radio 538 hadden ze ook kunnen denken: we zetten een paar jonge gasten bij hem neer en die gaat hij het vak leren. Dat had ik gedaan namelijk. En dan geef je het stokje over.”
Terug naar Talpa?
Is De Wild bij de publieke omroep met het salarismaximum van 181.000 euro per jaar precies waar hij wil zijn of gaat hij weer zwichten voor het grote geld? “Ik heb geen aanbieding gekregen, maar de publieke omroep is fantastisch.”
“Ik ben niet vies van geld verdienen en het lijkt me ook wel lekker als je alle rekeningen altijd kan betalen. Lekker man. En je overal op vakantie naartoe kan. Dat is toch ook leuk? Alleen de kunst van de vrijheid vind ik wel heel fijn, hoor. Dat je alles kan doen en nooit boos wordt opgebeld van: ‘Die plaat mag je niet draaien!’ Dat heb je hier niet.”
Nummer één
Tot slot is De Wild trots dat hij de nummer één is. “Ik wil de nummer één zijn, omdat ik mezelf wilde overtuigen dat ík het einde van mijn carrière bepaal en níet een stel mensen die alleen maar met geld bezig waren. Dát vind ik niet goed.”
Radiobreed is hij níet de nummer één. “Ik ben altijd de eeuwige nummer twee. Edwin Evers is de eeuwige nummer één en ook bij mij.”
Klik hier om een reactie achter te laten.